Witte Huis geeft richtlijnen voor AI-gebruik in Amerikaanse overheid

OpenAI heeft vrijdag een nieuwe kunstmatige intelligentie (AI) voor programmeurs aangekondigd. De tool heet Codex. Dit is een belangrijke stap in één van de populairste toepassingen van AI. OpenAI is het bedrijf achter de bekende ChatGPT-software.  Codex kan verschillende taken tegelijk uitvoeren voor programmeurs. De tool schrijft code, lost fouten op en voert tests uit. Ook beantwoordt Codex vragen over bestaande code van klanten. De nieuwe assistent is gebaseerd op een speciaal model voor programmeerwerk. OpenAI noemt dit model 'codex-1'. Veel concurrentie "Er zijn veel goede AI-systemen beschikbaar", zegt Srinivas Narayanan, technisch directeur bij OpenAI. Hij erkent dat er veel concurrentie is in deze markt. Grote bedrijven zoals Microsoft, Amazon en Google investeren allemaal in vergelijkbare technologie. Ook kleinere bedrijven zoals Anysphere ontwikkelen tools voor programmeurs. Experts Wayne Chi en Valerie Chen van de Carnegie Mellon Universiteit zien een verschil. OpenAI is weliswaar marktleider bij gewone chatbots. Maar bij programmeertools heeft het bedrijf die positie nog niet. Volgens hen kiezen veel programmeurs nu voor modellen van concurrent Anthropic. OpenAI hoopt dit te veranderen met Codex. Fundamentele nieuwe manier van werken Codex werkt anders dan veel bestaande tools. Het draait zelfstandig in de cloud en levert resultaten binnen 1 tot 30 minuten. De tool past zich aan de programmeerstijl van een organisatie aan. "Het is een fundamenteel nieuwe manier van werken", aldus Narayanan. "We staan nog aan het begin, dus we moeten nog veel leren."

De Amerikaanse Defense Innovation Unit (DIU) ontwikkelt een slimme matchmaker. Het nieuwe systeem heet "Digital OnRamp". Het gebruikt kunstmatige intelligentie om technologiebedrijven te koppelen aan defensieafdelingen. Deze innovatie moet het vaak moeizame verbindingsproces tussen beide partijen versnellen. "Bedrijven hebben moeite om de juiste kans te vinden voor hun technologie", aldus Cheryl Ingstad, plaatsvervangend directeur van DIU. Zij sprak tijdens een AFCEA-paneldiscussie over kunstmatige intelligentie. "Het wordt heel moeilijk als je moet zoeken via deze persoon die weer iemand anders kent. Ons onderzoek toont aan dat dit meer dan drie jaar kan duren." Gewone taal Digital OnRamp gebruikt grote taalmodellen (computermodellen die tekst kunnen begrijpen en genereren). Bedrijven kunnen in gewone taal hun mogelijkheden beschrijven. Defensieafdelingen doen hetzelfde met hun behoeften. Het AI-systeem zoekt dan naar overeenkomsten. DIU testte een demoversie in december. Ongeveer zeventig bedrijven vulden 1500 vragenlijsten in. Daarnaast dienden 30 defensieorganisaties 7500 zoekopdrachten in. DIU wil het systeem voor eind september als 'Minimum Viable Product' (een werkende basisversie) uitrollen. Ze werven momenteel duizend bedrijven als testgebruikers. Dit is tien keer meer dan bij de december-demo. In juni kiest DIU een leverancier voor het onderliggende platform. Daarnaast sluiten ze contracten met andere bedrijven voor specifieke softwaretools. Defensie-industriekring Het Pentagon probeert al sinds 2015 buiten zijn vaste defensie-industriekring te werken. Toenmalig minister van Defensie Ash Carter richtte de DIU op. Dit moest een brug slaan naar het sceptische Silicon Valley. Sindsdien ontstonden veel soortgelijke innovatie-organisaties. Er zijn er nu 294 volgens de eigen Pentagon-lijst. Dit zorgt voor verwarring bij bedrijven die niet weten waar ze terecht kunnen. "De enige manier om dit op grote schaal te doen is via een digitaal platform met een groot taalmodel", zegt Ingstad. "We hebben in het contract opgenomen dat het platform flexibel en modulair moet zijn. Later dit fiscale jaar organiseren we een wedstrijd voor AI-tools die in ons platform worden geïnstalleerd."