logo

Hoe creëer je spanning in verhalen? Praktische tips en inzichten

Illustratie van een man die zijn hoofd vol spanning vasthoudt met beide handen.

Als iets je ‘dwingt’ verder te lezen is het wel spanning in verhalen. In deze post geef ik je praktische tips hoe je die spanning oproept in jouw verhalen. 


Iedereen kent dat gevoel wel, dat je een boek niet kunt wegleggen omdat je wil lezen wat er gaat gebeuren. Reken maar dat het verhaal in dat geval spannend is. Die spanning kan hem zitten in allerlei dingen. Wat het ook is, één ding is zeker, spanning in verhalen is onmisbaar.


Maar hoe doe je dat precies, die spanning opbouwen in je verhaal? Lees dan gauw verder!

 

Spanning in verhalen

Spanning in verhalen ontstaat door onzekerheid, tijdsdruk en tegenstrijdigheden die de nieuwsgierigheid van de lezer prikkelen.


Je kunt die elementen op uiteenlopende manieren oproepen.


De voornaamste manieren zijn door conflict, tempo en timing, perspectief, chronologie van gebeurtenissen,cliffhangers, onvoorspelbare plots, plottwists en karakterontwikkeling te gebruiken. 


Hieronder leg ik al die begrippen uit.


Conflict

Het meest essentiële aspect van spanning in verhalen is een conflict.


Een conflict is de botsing tussen twee tegengestelde krachten of doelen in een verhaal. Het zorgt voor spanning en drijft het verhaal voort. Een goed conflict zorgt ervoor dat de lezer meeleeft met de hoofdpersoon en nieuwsgierig is naar de uitkomst.


Zorg ervoor dat je personages te maken krijgen met uitdagende obstakels en problemen. Dit zorgt ervoor dat je lezer wil weten hoe ze deze zullen overwinnen. 


Het is belangrijk om een goede balans te vinden tussen het geven van informatie en het achterhouden van details. Te veel achterhouden kan frustrerend zijn voor de lezer. Maar als je alles meteen uitlegt, wordt het saai.


Hoe kom je dan tot een conflict? Allereerst moet je personages hebben die iets willen. Dat kan iets groots zijn, zoals de wereld redden, of iets kleins, zoals een geheim ontdekken. Iedereen in je verhaal moet iets nastreven, maar natuurlijk kunnen ze niet altijd krijgen wat ze willen. Dat is waar het conflict ontstaat.


Dus stel, je hoofdpersonage wil een bepaald doel bereiken, maar hij wordt tegengewerkt. Dat kan door een andere persoon zijn (een antagonist), door de omstandigheden of door zichzelf. Het belangrijkste is dat er obstakels zijn die het personage moet overwinnen; dat is wat spanning opwekt en het verhaal boeiend maakt.


Nu moet je ervoor zorgen dat je hoofdpersonage emotioneel betrokken is bij het conflict. Als hij of zij onverschillig is, voelt de lezer ook weinig spanning. Dus zorg ervoor dat de uitkomst van het conflict echt belangrijk is voor je personage.


Ook is het belangrijk om je conflict geloofwaardig te maken. Zorg ervoor dat het past bij het verhaal en de personages, en dat het niet te geforceerd overkomt. Dan zal je verhaal echt meeslepend worden en zullen je lezers op het puntje van hun stoel zitten.


Meer lezen over conflicten in verhalen en tekst? Klik op de link! 


Tempo en timing

Het tempo en de timing in je verhaal spelen een cruciale rol bij de opbouw van spanning in je verhaal. Het juiste tempo en effectieve pauzes kunnen je hierbij helpen.


Het juiste tempo

In een verhaal is het essentieel om het juiste tempo aan te houden. Als het tempo te hoog ligt, raakt je lezer overweldigd; is het te langzaam dan raak je zijn of haar aandacht kwijt. 


De gouden regel is om tijdens spannende momenten te vertragen en tijdens minder spannende momenten te versnellen. Zo geef je je lezer de kans om even op adem te komen en de belangrijke gebeurtenissen goed in zich op te nemen.


Een effectieve manier om het tempo te beïnvloeden is door de lengte van je zinnen te variëren. Korte zinnen maken het verhaal sneller en geven meer spanning, terwijl langere zinnen juist zorgen voor rust en reflectie. 


Daarnaast kan het spelen met perspectief en verhaalstructuur de snelheid van je verhaal beïnvloeden.


Effectieve pauzes

Pauzes in je verhaal kunnen een belangrijk hulpmiddel zijn om spanning op te bouwen. Ze geven je lezer de tijd om de gebeurtenissen te verwerken en tegelijkertijd houd je hem of haar in spanning over wat er gaat komen. Een techniek die hierbij helpt, zijn de zogenaamde nested loops.


Nested loops zijn feitelijk (delen van) verhalen die niet meteen ‘afgemaakt’ worden. Je laat je lezer nieuwsgierig en in spanning achter, terwijl je de focus verlegt naar een ander deel van het verhaal. 


Op een later moment in je verhaal keer je terug naar de onafgemaakte gebeurtenissen. Daardoor krijgt je lezer de voldoening van een afronding, samen met de opgebouwde spanning.


Lees je eigen verhalen kritisch door en analyseer het tempo en de timing, en pas waar nodig aan. Met het juiste tempo en effectieve pauzes zul je zeker meer spanning creëren in je verhalen.


Perspectief

Perspectief is een belangrijk onderdeel van spanning in verhalen. Het kiezen van het juiste perspectief is cruciaal. 


Het vertelperspectief verwijst naar het standpunt vanwaaruit het verhaal wordt verteld. Dit kan vanuit verschillende perspectieven, zoals het ik-perspectief, het waarnemend perspectief en het meervoudig perspectief. 


  • Ik-perspectief: Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van een van de personages in de ‘ik’-vorm. De lezer ziet de gebeurtenissen door de ogen van dit personage.

  • Waarnemend perspectief: Het verhaal wordt verteld door een anonieme, externe verteller die de gebeurtenissen waarneemt en beschrijft zonder echt deel uit te maken van het verhaal. 
    De
    alwetende verteller is een vorm van het waarnemend perspectief, maar dan met de toegevoegde eigenschap dat de verteller werkelijk álles weet en ziet. Dit geeft ruimte voor uitleg, duiding en inzichten die personages onderling niet zouden hebben. 

  • Meervoudig perspectief: Het verhaal wisselt tussen de perspectieven van verschillende personages.


Het gekozen vertelperspectief heeft invloed op zaken als de informatie die de lezer krijgt, de mate van subjectiviteit en de betrokkenheid bij personages. Het is een belangrijk stilistisch element in het vertellen van een verhaal.

Illustratie van een man die zijn hoofd vasthoudt terwijl er paarse energie uit zijn hoofd opstijgt.


Chronologie van gebeurtenissen

Ook de chronologie van gebeurtenissen kan je helpen bij het opbouwen van spanning in je verhaal. Door te spelen met chronologie (afwisseling van verleden en tegenwoordige tijd bijvoorbeeld) kun je de lezer nieuwsgierig maken naar wat er gaat komen


Hetzelfde geldt voor het gebruik van flashbacks


Een flashback is een literaire techniek waarbij de verteller van een verhaal tijdelijk teruggaat in de tijd om gebeurtenissen te laten zien die eerder plaatsvonden dan het verhaalmoment waar de lezer zich op dat moment bevindt. 


Dit gebeurt vaak om bepaalde context te geven aan de huidige situatie in je verhaal of om motieven of achtergronden van personages toe te lichten. Tijdens een flashback ‘ziet’ je lezer dus scènes uit het verleden van de personages of de situatie.


Verder kun je er ook nog voor kiezen bepaalde gebeurtenissen achter te houden, om later in het verhaal als een verrassing te dienen (zie ook ‘nested loops’ hierboven). Een goed uitgedacht tijdsverloop kan een verhaal tot leven brengen en zorgt voor die broodnodige spanning.


Cliffhangers

Je kunt ook spanning opbouwen door middel van cliffhangers.


Een cliffhanger is een spannend element in een tekst of verhaal dat je ertoe verleidt verder te lezen of kijken door een onderdeel van het verhaal onopgelost te laten. Hij wordt vaak gebruikt aan het einde van een hoofdstuk, alinea of aflevering om de nieuwsgierigheid van de lezer of kijker te prikkelen.


Het zijn momenten waarop een scène of hoofdstuk eindigt met een onafgemaakt probleem of onthulling, of zelfs aan het einde van een boek als je meerdere delen schrijft. De lezer blijft zich afvragen wat er zal gebeuren, en daardoor zal hij het boek niet willen wegleggen. 


Door de afloop of verklaring van een passage even uit te stellen zorg je voor een spanningsboog in je verhaal.


Je moet er wel op letten dat je niet te veel cliffhangers gebruikt. Te veel cliffhangers kunnen irritant zijn en je verhaal ongeloofwaardig maken. Houd het spannend, maar doseer het goed.


Puzzelstukjes neerleggen

Met cliffhangers kun je spelen met de verwachtingen van je lezers. Doe dat door ze te laten puzzelen aan de hand van depuzzelstukjes die je in je verhaal ‘neerlegt’ en die pas later op hun plaats vallen. Dit roept nieuwsgierigheid en spanning op, wat je verhaal extra meeslepend maakt. Het zijn een soort mini-cliffhangers.


Onvoorspelbare plots

Onvoorspelbare plots zijn momenten in een verhaal waarop je totaal verrast wordt door wat er gebeurt. Het mooie van onvoorspelbare plots is dat ze ervoor zorgen dat je lezer geboeid blijft en door wil lezen. Want wie houdt er niet van een verrassende wending?


Om zo’n onvoorspelbaar plot te creëren, is het belangrijk de verwachtingen van je lezer op het verkeerde been te zetten. Daarvoor kun je spelen met foreshadowing


Foreshadowing is een literaire techniek waarbij subtiele hints of aanwijzingen worden gegeven over gebeurtenissen die later in het verhaal zullen plaatsvinden. Dit doet de schrijver om spanning op te bouwen en nieuwsgierigheid bij de lezer te wekken naar hoe dingen zich verder zullen ontvouwen. 


Foreshadowing kun je in de vorm van een opmerking, reactie, droom of gebeurtenis inzetten om lezers al een indicatie te geven van iets wat nog moet komen. Dit zonder al te veel van de toekomstige plot weg te geven. Het doel is de lezer voor te bereiden op latere ontwikkelingen in het verhaal.


Misleid je publiek en introduceer subtiele hints die pas later in het verhaal hun ware betekenis onthullen. Het is een kunst op zich, maar als je het goed doet, maakt het je verhaal des te spannender.


Plottwists

Een plottwist kan erg goed werken om plotse spanning in je verhaal te creëren. 


Een plottwist is een onverwachte wending in de plot of het verhaal waardoor de situatie of gebeurtenissen plotseling een heel andere wending of betekenis krijgen. Een plottwist zorgt ervoor dat cruciale informatie die tot dan toe verborgen is gebleven ineens aan het licht komt, waardoor alles in een ander perspectief komt te staan.


Het doel van een plottwist is de lezer te verrassen en hem of haar op het verkeerde been te zetten. Belangrijke details die je eerder in het verhaal hebt genoemd, krijgen plotseling een heel andere lading door de plottwist. 


Een goed getimede plottwist zorgt voor een spannende wending in het verhaal.


Zorg er wel voor dat ze spontaan moeten aanvoelen en dus niet geforceerd. Daarom is het belangrijk je twists te plannen, maar ook open te staan voor de wendingen die zich tijdens het schrijven aandienen.


Een andere tip is om ervoor te zorgen dat je lezers zich tot aan de twist verward voelen. Laat ze in het ongewisse over welke kant het verhaal op gaat en biedt ze verschillende mogelijke uitkomsten aan. Zo houd je de spanning erin en blijft het verhaal verrassend.


Natuurlijk is het belangrijk dat je twist geloofwaardig is en past binnen het universum dat je gecreëerd hebt. Niets is erger dan een twist die duidelijk uit de lucht komt vallen en totaal niet aansluit bij de rest van je verhaal.


Karakterontwikkeling

Ook karakterontwikkeling is een essentieel element voor het opbouwen van spanning in een verhaal. 


Karakterontwikkeling (of karakterisatie) verwijst naar de manier waarop een personage verandert en groeit doorheen de gebeurtenissen in een verhaal. Concreet is karakterontwikkeling de verandering van persoonlijkheidskenmerken, gedrag, denktrant, motivaties of houding van een personage tussen het begin en einde van een verhaal.


Een goed voorbeeld van karakterontwikkeling is wanneer een bang personage leert om moediger te worden, of wanneer iemand leert uit z'n fouten. 


Karakterontwikkeling draagt bij aan de diepgang van een verhaal en maakt personages gelaagder doordat ze niet statisch blijven, maar een groei- of leerproces doormaken. Het toont hoe gebeurtenissen iemand vormen en veranderen.


Het is cruciaal om je personages interessant en herkenbaar te maken. Als je personages eigenschappen hebben die je vrienden en jij kunnen begrijpen, voelen ze realistischer aan en kun je gemakkelijker meeleven met hun situaties. 


Zo ontstaat er een emotionele spanning die je verder helpt je verhaal op te bouwen.


Succes met schrijven!

Twee bruine handen reiken naar elkaar ter illustratie van een post over hulpwerkwoorden.
24 jan., 2024
Hulpwerkwoorden: vaak onopvallende woordjes die een zin kunnen maken of breken. Hebben, zijn, worden, kunnen, mogen - ze lijken onmisbaar. Maar wat als je deze vaak overbodige hulpwerkwoorden eens weglaat? Wat blijkt, teksten worden zowaar sterker als je hulpwerkwoorden waar mogelijk schrapt. Het gaat om meer dan alleen een persoonlijke stijlkeuze ; het is een bewuste strategie om je tekst meer impact te geven. Dit proces van schrappen heeft alles te maken met actief schrijven . Door minder hulpwerkwoorden te gebruiken, forceer je jezelf om directer en concreter te zijn . Je zult ontdekken dat je zinnen krachtiger, je argumenten overtuigender en je hele tekst prettiger leesbaar worden. Het kan even puzzelen zijn, maar als je eenmaal wanneer je ze kunt weglaten en hoe je dat doet, schrijf je vlotter. In deze post leg ik je alles uit wat je moet weten. Lees dus vooral verder! Belangrijkste punten van deze post: Schrappen van hulpwerkwoorden maakt je tekst krachtiger; Actief schrijven betrekt lezers beter en verduidelijkt je boodschap; Minder hulpwerkwoorden zorgen voor een vlottere en duidelijkere tekst. Wanneer hulpwerkwoorden schrappen? Als je schrijft, wil je dat je teksten helder en krachtig overkomen. Het schrappen van overbodige hulpwerkwoorden draagt hier in grote mate aan bij. Identificeren van overbodige hulpwerkwoorden Check eerst of hulpwerkwoorden echt nodig zijn. Vaak gebruik je automatisch woorden als 'zullen', 'kunnen' of 'worden'. Dat maakt zinnen onnodig lang en soms vaag. Als je merkt dat een zin ook zonder deze woorden duidelijk is, dan is dat een teken om ze te schrappen. Verbeteren van zinsconstructies Door het schrappen van hulpwerkwoorden, dwing je jezelf tot het verbeteren van je zinsconstructies. Maak je taalgebruik actiever, vermijd overbodige vormen zoals ‘zullen’, ‘zouden’, ‘gaan’ en ‘mogen’ en gebruik meer to-the-point-uitspraken. Vergelijk maar eens 'Het zal worden overwogen' met 'We overwegen het'. Welke van deze twee zinnen spreekt je meer aan? De tweede variant is directer en houdt je lezer meer betrokken. Vermijd passief schrijven Passief schrijven maakt teksten vaak log en onpersoonlijk. Een passieve zin is een zin waarin het onderwerp niet de handeling uitvoert, maar ondergaat. Probeer daarom actieve zinnen te formuleren door te kijken wie of wat handelt . Verander bijvoorbeeld de passieve zin 'De bal wordt door de jongen geschopt' in de actieve zin 'De jongen schopt de bal'. Hiermee zorg je voor meer dynamiek en energie in je tekst. Het belang van actief schrijven Actief schrijven maakt je teksten directer en daardoor prettiger leesbaar. Het gaat hierbij om het gebruik van de bedrijvende vorm, waarbij het onderwerp van de zin de actie uitvoert. In plaats van te zeggen 'de bal wordt door de jongen geschopt', zeg je 'de jongen schopt de bal'. Je ziet het verschil: de zin wordt energieker en komt sneller ter zake. Waarom kiezen voor een actieve schrijfstijl? Teksten zijn levendiger als je de hulpwerkwoorden schrapt; Teksten worden korter en krachtiger; Informatie is makkelijker te verwerken; Het geeft een overtuigender gevoel, alsof je meer betrokken bent bij het onderwerp. Denk aan hoe je overkomt als je passieve zinnen en termen als ‘worden’ en ‘zijn’ te veel gebruikt. In een actieve zin ben je de baas over je eigen woorden . Hierdoor creëer je een sterkere verbinding met je lezers, omdat ze voelen dat je met hen praat, niet alleen tegen hen. Dit betekent niet dat je nooit passieve zinnen moet gebruiken, maar als je de mogelijkheid hebt om actief te schrijven, doe dat dan vooral! Zorg ervoor dat je zinnen vol energie zitten. Zo ben je de leider van je verhaal. Door een actieve stijl te gebruiken, maak je je tekst levendiger en actiever, wat weer een positief effect heeft op hoe je boodschap wordt ontvangen. Wil je meer weten over het oh zo belangrijke actief schrijven , klik dan op de link. Soorten hulpwerkwoorden en hun functies Nu wil ik hier zeker niet de indruk wekken dat hulpwerkwoorden overbodig zijn. Ze bestaan niet voor niets. Hulpwerkwoorden zijn soms onmisbaar om nuances in je zinnen aan te brengen . Je gebruikt ze om tijd, modaliteit en een passieve toon te verwerken. Modaliteit en hulpwerkwoorden Modaliteit gaat over wat jij als spreker denkt over de actie die je beschrijft. Er zijn verschillende hulpwerkwoorden van modaliteit die je helpen uiten wat je mogelijk, noodzakelijk of wenselijk vindt. Voorbeelden hiervan zijn kunnen, mogen, willen, zullen en zouden. Elk van deze werkwoorden geeft een andere nuance aan. Kunnen geeft een mogelijkheid of capaciteit aan; Mogen duidt op toestemming; Willen staat voor een wens of verlangen; Zullen wordt gebruikt om de toekomst of een verwachting aan te duiden; Zouden is om over een voorwaardelijke situatie te praten. Hulpwerkwoorden in combinatie met andere werkwoorden Hulpwerkwoorden komen vaak voor in combinatie met een ander werkwoord. Daarom heten ze tenslotte hulpwerkwoord. Samen vormen ze een samengestelde werkwoordstijd of drukken ze een modaliteit uit. In deze combinaties is het hulpwerkwoord niet zelfstandig; het ondersteunt het hoofdwerkwoord om de betekenis te vormen. Voorbeeld: In de zin 'Ik kan zwemmen', is 'kan' het hulpwerkwoord dat de mogelijkheid toevoegt aan het zelfstandig werkwoord 'zwemmen'. Hulpwerkwoorden in de lijdende vorm Voor een lijdende vorm gebruik je hulpwerkwoorden als 'worden' en 'zijn' om aan te geven dat iets door iemand anders gedaan wordt. Hierbij ligt de focus op de handeling die ontvangen wordt in plaats van op degene die de handeling uitvoert. Voorbeelden: 'De brief wordt geschreven' toont aan dat het schrijven van de brief momenteel gebeurt; In de voltooide lijdende vorm, zoals 'De brief is geschreven' geeft 'is' aan dat de actie is afgerond. Strategieën voor het schrappen van hulpwerkwoorden Als je teksten schrijft, wil je natuurlijk dat jouw boodschap helder en overtuigend is. Overbodige hulpwerkwoorden schrappen is daarvoor een uitstekende manier. Hieronder heb ik een paar tactieken opgesomd die je daarbij kunnen helpen. Slimme keuzes in woordgebruik Goed, het moge inmiddels duidelijk zijn dat je hulpwerkwoorden zoveel mogelijk probeert te vermijden. Dit doe je door jezelf af te vragen of ze echt iets toevoegen aan de zin . Vaak kun je een zin sterker maken door direct het hoofdwerkwoord te gebruiken. Verander bijvoorbeeld 'hij is aan het lopen' in 'hij loopt'. Zo schrijf je meteen een meer actieve zin. Het belang van sterke werkwoorden Gebruik sterke werkwoorden om je tekst levendiger te maken. Zo kun je hulpwerkwoorden vermijden. Want sterke werkwoorden hebben meer zeggingskracht en laten vaak een hulpwerkwoord weg. Ze geven de lezer een helder beeld en zorgen ervoor dat je actief schrijft. Kijk bijvoorbeeld naar de zin 'Ze kunnen winnen' en vergelijk die met de zin 'Ze winnen'; de tweede optie is directer en krachtiger. Al is de betekenis hier niet hetzelfde, dus let altijd op de context. Schrappen in verschillende schrijffasen Zie het schrapen van hulpwerkwoorden als een proces dat meerdere schrijffasen bestrijkt. Begin bij de eerste versie van je tekst door gewoon te schrijven. Laat de tekst dan even liggen en pak 'm er opnieuw bij om te schrappen. De beste keuze kun je vaak maken met een frisse blik, waarmee je vervolgens onnodige hulpwerkwoorden weglaat en (dus) je tekst aanscherpt. Zet je zinnen kracht bij Gebruik concrete en to-the-point formuleringen om je zinnen krachtiger te maken. Dit maakt je boodschap duidelijker en geeft de lezer meer vertrouwen in wat je zegt, vooral als je woorden die twijfel uitdrukken (zoals misschien, mogelijk, wellicht en waarschijnlijk), die vaak overbodig zijn, vermijdt. Tip: probeer bijvoeglijke naamwoorden (adjectieven) en bijwoorden (adverbials) die weinig toevoegen ook zoveel mogelijk weg te laten. Tips voor het redigeren van teksten Als je je eerste versie hebt geschreven, redigeer je tekst dan grondig. Kijk of je passieve zinnen met ‘worden’ en ‘zijn’ naar actieve zinnen kunt ombuigen en verwijder woorden die niets toevoegen. Tip: lees je teksten hardop voor om te horen waar de tekst niet soepel loopt of onduidelijk is. Het effect van hulpwerkwoorden op leesbaarheid en duidelijkheid Hulpwerkwoorden kunnen een tekst onnodig lang en minder duidelijk maken. Het slim inzetten of weglaten ervan verbetert vaak zowel de leesbaarheid als de duidelijkheid. Waarom hulpwerkwoorden de leesbaarheid beïnvloeden Hulpwerkwoorden zijn vaak ballast in je zinnen. Ze maken een tekst langer dan nodig zonder extra informatie te geven. Dat is niet handig. Zeker niet bij nieuwsbrieven, e-mails of webteksten; je wil snel tot de kern komen. Een zin met bijvoorbeeld tien woorden kun je terugbrengen naar zes of zeven. Dit maakt je tekst niet alleen korter, maar ook prettiger leesbaar. Stel dat je een opsomming maakt, dan leest een directe stijl veel vlotter. Met hulpwerkwoord: je zou ervoor kunnen zorgen dat je teksten korter en krachtiger overkomen; Zonder hulpwerkwoord: maak je teksten korter en krachtiger. Duidelijkheid en bondigheid in schrijven Hulpwerkwoorden weghalen helpt om zinnen bondiger te maken en dus duidelijker. Bij nieuwsbrieven bijvoorbeeld, wil je dat je lezer meteen snapt waar het om gaat. Kijk eens kritisch naar je voorbeeldzinnen en let op het gebruik van ‘worden’ en ‘zijn’. Haal weg wat niet nodig is en je houdt een heldere boodschap over, zonder voltooid deelwoord-constructies met 'worden'. Met hulpwerkwoord: het kan zijn dat je lezers niet direct begrijpen wat je bedoelt; Zonder hulpwerkwoord: zorg dat je lezers direct begrijpen wat je bedoelt. Veelgestelde vragen Hoe kan overmatig gebruik van hulpwerkwoorden je tekst beïnvloeden? Overmatig gebruik van hulpwerkwoorden kan je tekst onnodig lang en minder direct maken. Het kan de aandacht van de kernboodschap afleiden. Dat leidt tot een zwakkere overtuigingskracht. Hoe draagt het verminderen van hulpwerkwoorden bij aan de kracht van je boodschap? Hulpwerkwoorden schrappen zorgt voor een bondigere en sterkere zinsbouw. Hierdoor staan je hoofdwerkwoorden en -boodschappen centraal, wat je argumenten krachtiger maakt. Wat zijn de voordelen van het elimineren van overbodige hulpwerkwoorden in teksten? Door overbodige hulpwerkwoorden te schrappen, maak je jouw tekst directer en beter leesbaar. Dit verbetert de helderheid en zorgt dat je lezer sneller tot de kern komt. Kun je een voorbeeld geven van een tekst voor en na het schrappen van hulpwerkwoorden? Zeker! Voor: 'Je zou kunnen overwegen om je inschrijving te bevestigen'. Na: 'Bevestig je inschrijving'. De aangepaste versie is directer en actiever.
Roze bijl op een helblauwe achtergrond ter illustratie van het splitsen van een zin in twee zinnen.
24 jan., 2024
Lange zinnen kun je vaak eenvoudig herschrijven in kortere zinnen. Dat kun je op verschillende manieren aanpakken. Online vind je vele tips. Maar de tip over w-woorden vond ik nergens. Dat terwijl die ongelooflijk effectief is. Hieronder leg ik je uit hoe dat zit. Laat ik één ding vooropstellen: een tekst met alleen maar korte zinnen is onnatuurlijk. Dus dat is nu ook weer niet de bedoeling. Maar veel mensen schrijven vaak te veel lange zinnen. Daardoor wordt een tekst minder goed leesbaar. Met mijn tip over het omzetten van w-woorden in d-woorden, kun je zonder na te denken heel makkelijk langere zinnen in tweeën splitsen. En je tekst in een ommezien veel beter leesbaar maken. Wat zijn w-woorden en d-woorden? W-woorden kun je onderverdelen in een vragend voornaamwoord, vragende bijwoord en vragend voornaamwoordelijk bijwoord. Klinkt ingewikkeld, maar het gaat om doodeenvoudige woorden:
Cartoon van sprekende mensen van de zijkant gezien, links en rechts, met tekstballonnen ertussen.
24 jan., 2024
Ontdek in 5 simpele stappen hoe je levendige dialogen kunt schrijven. Maak je verhaal boeiender en de personages levensecht!
Share by: